Na ieder kappersbezoek beloof je jezelf om de lokken regelmatig bij te laten knippen, maar zelden zit je binnen drie maanden weer terug op de stoel. Pas wanneer de dode punten echt opvallen trek je aan de bel. Maar of dat wel zo slim is?
Een kappersbezoek is nou eenmaal niet goedkoop, om dat elke twee maanden uit te geven is ook een aanslag op de portemonnee. Maar je moet er toch iets voor over hebben.
Haar nooit knippen
Volgens vele kappers horen wij de punten ieder zes tot acht weken bij te knippen. Maar is dat wel echt nodig? Je zult je afvragen of ze hiermee extra willen verdienen of dat ze oprecht je van goed advies voorzien. Een goed eenduidig advies valt niet te geven. Het hangt van jouw haarstructuur en groei af.
Je kunt jouw kappersbezoekje uitstellen tot maximaal zes maanden mits je jouw haren goed verzorgt met kwalitatief goede haarproducten. Wat vaker een haarmasker gebruiken is geen overbodig luxe. Na zes maanden is het toch echt hoog tijd om weer bij de kapper langs te gaan.
Haar splijt naar boven toe
Heb je ook vaker gehoord dat je haren harder gaan groeien als je het vaak knipt? Dat is dus niet helemaal waar. De haarpunten splijten als je het niet laat knippen. Wacht je hier lang mee, dan kun je erop rekenen dat de haren onderaan zullen splijten. Hoe langer, hoe meer gespleten punten. Het trekt ook naar boven toe, tot halverwege de lokken. Jouw kapsel zal er droog en pluizig uitzien. Dat wil je echt vermijden.
Lange lokken
Heb je heel lang haar? Dan is het geen overbodig luxe om je haar af en toe te laten knippen aan de punten. Lange lokken beschadigen sneller dan korter haar. Steek je haar vaker op in een staart of een knot, zo beschadig je jouw lange lokken minder.